Zit er een mega-Castellum in de bodem?

Opgravingen: Verwachting voor vliegveld hooggespannen.

In 2019 is er een nieuwe fase in de opgravingen van Romeins Valkenburg begonnen. Het in kaart brengen
van de bodem van het voormalig vliegkamp ging van start. Over eventuele vondsten komt nog geen
informatie naar buiten. Jasper de Bruin, conservator Nederland in de Romeinse tijd bij het Rijksmuseum van
Oudheden, durft vooruit te blikken. Volgens hem zou er wel eens een Castellum van ongekende afmetingen
in de bodem kunnen zitten.

‘Ligt hier een mega-castellum in de grond verborgen!??’ (Niet in het centrum, maar…..) In de verkennende fase van de opgravingswerkzaamheden op het voormalig vliegveld is een gracht gevonden. Daarnaast stuitten de archeologen op de restanten van een gebouw. De paalgaten en liggende balken wijzen
erop dat dit een toren of een poort geweest moet zijn. Het hout is inmiddels gedateerd op 39 na Christus, plus of min 6 jaar: tussen 33 en 45 dus. Er is verbazing over de vroege periode van  deze datering: tijdens de regering van Caligula (37-41) of Claudius (41-54). Volgens sommigen is de gracht met toren of poort een afscheiding van de limeszone ten opzichte van het achterland. De Bruin heeft hier een ander idee over: “Mij lijkt het logischer dat het hier zou gaan om een castellum. En niet zomaar één: een exemplaar dat mogelijk vier keer zo groot is als het castellum in het dorp.” De ouderdom wijst op een bouw gelijktijdig met de aanleg van het castellum in het dorp. Wat is de logica daarvan? Waarom twee castella tegelijk bouwen? De Bruin kan daar drie logische verklaringen voor bedenken. “Verklaring één: het was een ‘constructiefort’, een tijdelijk bouwsel om de bouwers, troepen en bouwmaterialen tijdens de bouw van het eigenlijke castellum te beschermen.”

Naar Brittannia
Dat is de minst opwindende verklaring. De tweede en derde verklaringen spreken meer tot de verbeelding. “Zo’n groot castellum kan ook samenhangen met de campagne en plannen van Caligula voor de verovering van Brittannia. Caligula is door de senaatsgezinde Romeinse geschiedschrijving neergezet als ‘gekke keizer’. Zo ‘framen’ de schrijvers de opdracht om schelpen te verzamelen als buit van de overwinning op de zee als een teken van gekte. Het kan heel goed
om een ritueel zijn gegaan waar niets raars aan is. Inmiddels begint op te vallen dat keizers die door senaatsgezinde schrijvers zijn neergesabeld, een heel goede ’track record’ op het gebied van militaire zaken hebben – een beleid dat tegen de belangen van de senaat inging. Caligula beleeft om die reden de laatste tijd een herwaardering.” Het is bekend dat de legioenen de overtocht naar Brittannia vanuit Boulogne hebben gemaakt. Dat bestrijdt De Bruin niet. “De resten van een
triomfboog in Richborough tegenover Boulogne markeren de landingsplek. Dit wil nog niet zeggen dat delen van het expeditieleger niet vanuit een andere plek zijn vertrokken. Zouden de legertros en de hulptroepen ook vanuit Boulogne zijn overgestoken? De legioenen marcheerden over de Romeinse wegen. Maar ga je ook de hulptroepen met hun paarden, zware militaire apparatuur en bevoorrading via de weg sturen, als je ook een bevaarbare rivier ter beschikking hebt? Het is logischer om aan benutting van de Rijn te denken. Eén van de meest waarschijnlijke plekken waar je uitkomt om de oversteek te maken is Valkenburg. Mogelijk ging het niet om een directe oversteek, want de Romeinen waren niet zo gek op open zee. De schepen kunnen eerst via de kust naar het kanaal zijn gevaren om
vandaar de oversteek te maken.”

Corbulo aan zet.
De derde verklaring voor de aanwezigheid van een groot Castellum valt samen met heet keizerschap van Claudius. Corbulo was in die tijd  de beste generaal van het rijk.
Daar waar militaire problemen waren op te lossen, werd hij ingezet. De Bruin: “De reden hiervoor kan zijn geweest dat de Romeinen vreesden dat de Germanen van boven de Rijn de positie van de rivier als handelsader bedreigden met hun piratenacties.” Vanuit één van de talloze zijrivieren konden ze met  boomstamkano’s uit de dichtbeboste gebieden ten noorden van de Rijn handelsschepen aanvallen. Vervolgens konden ze zich met de buit weer uit de voeten maken. In hun bijna ondoordringbare gebied waren ze onvindbaar.” De Romeinen werden die situatie, waarin zowel hun handel als hun militaire aanvoerlijnen onder constante druk stonden, waarschijnlijk grondig zat. Om aan die bedreiging een eind te maken, is Corbulo in 47 na Chr. het gebied ten noorden van de Rijn grondig gaan pacificeren. Dat is een eufemisme voor de manier waarop de Romeinen normaal gesproken met dergelijke problematiek omgingen: genocide. Bij Velsen is een kamp van Corbulo opgegraven dat als uitvalsbasis voor die politionele acties is gebruikt. Valkenburg zou voor hem een logische plek zijn geweest om vanuit te vertrekken. Stel dat in dit mogelijke nieuwe kamp op het vliegveld de woning van Corbulo wordt blootgelegd, dat zou een vondst zijn van
internationale betekenis!” In ieder geval is duidelijk: op deze plek was iets bijzonders aan de hand, stelt de Bruin. Zo’n bijzonder samenstel van gebouwen en constructies, vind je elders in Nederland niet. Valkenburg moet een heel bijzondere plek zijn geweest voor de Romeinen.”

Havenfront 
Des te jammerden vindt De Bruin het in dit verband, dat de opgravingen in het Marktveld in de jaren tachtig nooit goed zijn uitgewerkt. Hij legt uit: “In die opgravingen moeten al sleutels
tot dit vraagstuk zitten, die er nooit zijn uitgekomen. Vanuit de Rijn liep in de Romeinse tijd een zij geul, die in ieder geval doorliep tot op het vliegveldterrein. Dat is typisch de beschutte plek dicht bij zee waar je de haven zou verwachten voor de overstap van rivierschepen met platte bodem naar zeeschepen. Er zijn in die geul veel peddels en roeispanen gevonden, ook  voor grote schepen zoals triremen.” Het lijkt tijd om de vondsten uit deze opgravingen nog eens goed tegen het licht te houden en deze te gaan interpreteren, zeker in combinatie met wat het vliegveld nog gaat prijsgeven. “Wie weet blijkt de grond onder het vliegveld naast een fort ook nog een havenfront te bevatten. In ben heel benieuwd wat we de komende jaren gaan zien”, besluit de Bruin.

Ook interessant

De Vlag van Valkenburg

Breitsax zwaard weer terug in het museum

Straatnamen (11) – de Rijnstroomlaan

Contact

Torenmuseum

Het Torenmuseum ligt in het centrum van het dorp Valkenburg in Zuid-Holland tussen Katwijk en Leiden.

Openingstijden
Zaterdag 13:00 – 16:00 uur 
Zondag 13:00 – 16:00 uur en
op afspraak

Entreeprijs
Volwassenen: € 2.00
Kinderen t/m 12 jaar: gratis

Aanmelden nieuwbrief

Scroll naar boven