De eerste vrachtauto in Valkenburg

Herman Dijkhuizen

“Als je daar iets over wilt weten moet je eerst eens gaan praten met Jan de Vries” is het advies dat ik van een oudere Valkenburger krijg.
Zo gezegd zo gedaan.
Ik maak kennis met deze Jan de Vries. Hij is al een eindje over de negentig maar woont nog steeds op zichzelf.Hij blijkt een gezellige prater te zijn met een uitstekend geheugen over de Valkenburgse historie.
Of hij wat weet over de eerste vrachtauto’s in Valkenburg is de vraag waar ik hem telefonisch al op heb voorbereid. Dat hoef ik geen twee keer te zeggen.
Of ik de oude Piet Vis kan plaatsen, is zijn eerste reactie. Nou, niet echt, natuurlijk ken ik een Piet Vis, maar die is van een veel latere generatie. De Piet Vis waar het om gaat blijkt de vader te zijn van de inmiddels overleden oud-wethouder Gijs Vis. Nu ben ik aangesloten. Gijs Vis de wethouder heb ik goed gekend.
Die Piet Vis was van oorsprong een landarbeider. Hij kwam naar Valkenburg toen de Schouwbrug gebouwd werd. Die groene brug over de Rijn bij Het Haagsche Schouw. Die kennen veel Valkenburgers vast nog wel.
Die nieuwe, die witte, die er nu ligt is ook een mooie besluiten we samen.
“Eerst had de oude Piet Vis een bodedienst met paard en wagen. Bode Vis stond erop. De bodeauto die daarna kwam was in ieder geval een van de eerste vrachtauto’s in ons dorp. Maar niet de eerste.” vervolgt Jan de Vries.
De volgende eigenaar van een vrachtauto die Jan noemt is Kees de Wit. “Die had er een met massieve banden.” Jan de Vries zijn latere vrouw reed in haar jonge jaren vaak met Kees mee naar Katwijk. Hoe dat zit wordt niet echt duidelijk als ook nog een zekere Huig als kaper op de kust verschijnt. Het is in ieder geval goed gekomen met Jan en zijn jonge geliefde.
Als we het over transport hebben wil Jan met nadruk nog iets noemen, namelijk de geregelde dienst per beurtschip van Katwijk naar Leiden. Ooitje Poep, zo noemden ze in Valkenburg het schip.

Voordat er werd aangelegd bij het pontje gaf hij met zijn stoomfluit een serie heftige geluiden begeleid door een aantal ronde rookpluimen. Vandaar die bijnaam.
“We moeten het gesprek toch wat meer gaan toespitsen op de zaak waar we voor kwamen”, breng ik resoluut naar voren.
Het blijkt dat we daarvoor de familiegeschiedenis van Jan in moeten duiken. Het begon allemaal bij de vader van Jan. Die heette Dick de Vries. Die zat al jong in de groentehandel. Eerst had hij een hondenkar. Daarvoor leende hij in het allereerste begin twee trekhonden van Leen Anker. Toen het wat beter ging kocht hij een paardje. Dat stond ’s avonds met de groentekar in een schuur op de Middenweg.
Daarna kwam de omgebouwde T-Ford als transportmiddel voor de kisten groente. De achterkant van het Fordje was er grotendeels afgezaagd om plaats te maken voor een houten opbouw! De cabine had een houten vloer. De ruimte voor de handrem was uitgezaagd in de vloer. “Hard dat je ging” vertelt Jan de Vries enthousiast, “je zag de stenen op de weg door dat gat voorbij schieten! ’s Winters had je een deken over je knieën. Als de ramen bevroren waren zette je voor vertrek een kaars achter de voorruit. Even later kreeg je een klein doorkijkgaatje. En dan rijden maar. Er was altijd haast om op tijd in Den Haag te zijn.”
Het geluid van de motor kan Jan nog steeds exact nadoen. Een wat ratelend, ongelijk en krakend geluid. We schieten allebei in de lach!
We hebben het nu zonder twijfel over de eerste vrachtauto in Valkenburg te pakken. Daar zijn we allebei van overtuigd! Het doel van onze expeditie is bereikt.
Nu nog een foto. “Ja, daar zeg je wat! Toen maakten we geen foto’s” zegt Jan.
Daar moet je maar naar gaan zoeken. Iemand van de familie zou iets kunnen hebben.
“Probeer Arie de Vries de oud-wethouder eens, die heeft nogal wat familiefoto’s. Of anders Annie de Vries-Klok. Die woont nu in het flat in de Schelphoek.”
Arie de Vries heeft geen foto’s. Hij weet wel wat we bedoelen. “Ik zie het Fordje nog zo voor me. Lachend vult hij aan “ Als het T-Fordje soms slecht wilde starten schopte je tegen de rechter voorband en dan deed hij het….” Magisch zullen we maar denken.
Dan maar naar An de Vries-Klok in de Schelphoek. Haar man Dick heeft de groothandel in groenten uitgebouwd tot een bloeiende zaak. Ze is terecht heel trots op hem. Hij verdiende goed en het was een lieve man.
Of An nog een foto van het eerste T-Fordje heeft is mijn prangende vraag. Nee, niet van de eerste T-Ford. Wel een mooie foto van de tweede vrachtauto, met daarnaast de opvolger daarvan, een Chevrolet. Dat was nou echt een prachtding! Dick, de trotse eigenaar, staat natuurlijk ook op de prent. Hij is er echt voor gaan staan, een beetje nonchalant misschien maar zeker ook terecht heel erg trots.
We hebben nu met de foto erbij toch meer idee gekregen over hoe het zich allemaal ontwikkeld heeft met het beginnend gemotoriseerde transport in Valkenburg. En daar ging het om.

Toch nog eens uitzoeken wanneer de eerste autobus een weg vond in het dorp.

Ook interessant

Breitsax zwaard weer terug in het museum

Straatnamen (11) – de Rijnstroomlaan

‘Valkenburger 1’ aan de tand gevoeld

Meer soldaten krijgen gezicht terug in Valkenburg

Contact

Torenmuseum

Het Torenmuseum ligt in het centrum van het dorp Valkenburg in Zuid-Holland tussen Katwijk en Leiden.

Openingstijden
Zaterdag 13:00 – 16:00 uur 
Zondag 13:00 – 16:00 uur en
op afspraak

Entreeprijs
Volwassenen: € 2.00
Kinderen t/m 12 jaar: gratis

Aanmelden nieuwbrief

Scroll naar boven